Wist u dat de Nederlandse stranden rijk zijn aan fossielen? Misschien zijn de haaientanden die gevonden worden in Cadzand-Bad en bij Ritthem bekend of zoogdiermateriaal als bijvoorbeeld van de Mammoet. De grootste hoeveelheid aan fossielen die gevonden kunnen worden zijn schelpen. Veel schelpen die op onze stranden te vinden zijn, zijn de resten van recente weekdieren. Vaak zijn schelpen echter al honderden tot duizenden jaren oud. Zeestromen woelen zich door oude geologische afzettingslagen zodat fossiele schelpen losraken en op het strand spoelen. Daarnaast wordt er ook veel strand opgespoten met zand uit verschillende tijdvakken als bijvoorbeeld het Plioceen, Mioceen en Oliogoceen. Zodoende zijn er ook heel veel schelpen te vinden die al miljoenen jaren oud zijn.
In de verzameling van het NVMO zitten veel fossiele schelpen van verschillende vindplaatsen en verschillende geologische perioden. De 7 schelpen die we hier tonen komen uit de familie Astartidae. Ze zijn bruingekleurd, de schaal heeft ongeveer twintig kenmerkende concentrische ribbels. Er is een duidelijke en diepe hartvormige depressie dorsaal voor de snavel en een diepe langwerpige depressie dorsaal achter de snavel , beide in lengterichting gesplitst door de scharnierlijn. Een leuk detail is een gaatje in één van de schelpen. Het is een boorgaatje van een zeeslak. De schelpen zijn gevonden in het Zeeuwse Domburg, een bekende badplaats en vroeger een kunstenaarsdorp.
Fossiele schelpen van recente schelpen onderscheiden is niet altijd even makkelijk. Er zijn wel een aantal tips. Zijn er nog weke delen van het schelpdier aanwezig, dan is het een recent exemplaar. De kleur kan een indicatie geven. Fossiele schelpen zijn anders van kleur. Soms zijn ze verbleekt, maar soms ook hebben ze de kleur overgenomen van de ondergrond waarin ze gezeten hebben. Haaientanden worden vaak zwartgrijs van de kleiige bodem. De 7 hier getoonde schelpen zijn bruin verkleurd door het zandpakket waarin ze duizenden jaren hebben gezeten. Daarnaast is het een handige tip om een schelp in het zonlicht te houden. In de loop der tijd verandert de structuur van het calciumcarbonaat waaruit de schelpen zijn opgebouwd. Recente schelpen laten veel licht door, worden ze ouder dan wordt dit minder. Fossiele schelpen laten nagenoeg tot geen licht door.